Een nieuwe Droomfabriek?

In de commissie cultuur ging het deze week over de toekomst van het Amerikaans Theater in Brussel.  

Het 'A.T.' is een iconisch gebouw, een restant van de Wereldtentoonstelling in 1958, dat lange tijd gebruikt werd voor grote televisieproducties door de VRT. Op die manier werd het een begrip in Vlaanderen. Maar met het afvoeren van grote tv-shows verdween het Amerikaans Theater wat naar de achtergrond, en bleef de infrastructuur wat onderbenut. Doodzonde, want het is een fantastisch complex met veel mogelijkheden, op een schitterende locatie.

Gelukkig lijkt er nu schot in de zaak te komen. Federaal minister bevoegd voor de Regie der Gebouwen Jan Jambon en Vlaams minister voor Cultuur (en Brussel) Sven Gatz werken constructief samen om van het A.T. een vuurtorenproject te maken voor het Brusselse en Vlaamse cultuurlandschap. Ik begrijp dat er gesprekken zijn om er een nieuw platform uit te bouwen voor de Ancienne Belgique, die daarmee haar werking zou kunnen uitbreiden in tijd, ruimte en diversifiëren in haar podiumaanbod. 

Ikzelf ben vooral blij dat het A.T. in Vlaamse handen blijft, en dat we vanuit die positie samenwerkingen kunnen aangaan. De belangstelling die de Franstalige culturele sector voor het A.T. toonde, zal nog van pas komen.